De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijshome | vandaag | gisteren | bijzonder | gastenboek | wie is wie? | verhalen | contact |
||||||||||||||||||
|
\require{AMSmath}
Rekenregel exponentiële functie in R bewijzenWe weten dat de vergelijking ar+s=ar·as opgaat in $\mathbf{Q}$, met a element van de strikt positieve reële getallen en r en s element van $\mathbf{Q}$, maar hoe toon ik nu aan de hand van limieten van rijen dat dit ook opgaat in $\mathbf{R}$? AntwoordDat hoeft niet noodzakelijk zo te zijn. Ik neem aan dat ook gegeven is dat de functie continu is. In dat geval neem je $x$ en $y$ in $\mathbb{R}$ en twee rijen rationale getallen, $(p_n)_n$ en $(q_n)_n$ met $x=\lim_np_n$ en $y=\lim_nq_n$. Wegens de continuïteit geldt nu $a^x=\lim_na^{p_n}$ en $a^y=\lim_na^{q_n}$, en ook $a^{x+y}=\lim_na^{p_n+q_n}$. Pas nu het gegeven toe op de machten $a^{p_n}$, $a^{q_n}$, en $a^{p_n+q_n}$.
home | vandaag | bijzonder | gastenboek | statistieken | wie is wie? | verhalen | colofon ©2001-2024 WisFaq - versie 3
|