|
|
\require{AMSmath}
Bepaal a en b
Van de vergelijking: (a + 4)x2 - 29x + 2b = 0 zijn de wortels elkaars omgekeerde. Van de vergelijking: 4y2 + 60y + 7ab + 15 = 0 zijn de wortels gelijk. Bepaal a en b. Om met de laatste vergelijking te beginnen: Gelijke wortels; d.w.z. Discriminant=0 of b2-4.a.c=0; zodat (60)2 - 4.4(7ab + 15)= 0 ® ab = 30 Voor de eerste vergelijking moet gelden (x-x1)(x-x2)=(x-x1)(x-{1/x1)} Ik realiseer mij dat -29 gelijk is aan de som van twee getallen, terwijl (+2b) het product van diezelfde getallen moet zijn. Toch zie ik het even niet zitten. Wie helpt mij even op weg? Bij voorbaat hartelijk dank
Johan
Student hbo - zondag 24 juli 2011
Antwoord
Dag Johan, Uit de abc-formule volgt: x1=(29+Ö(292-8b(a+4))/(2(a+4))=2(a+4)/(29-Ö(292-8b(a+4)) dus (29+Ö(292-8b(a+4))*(29-Ö(292-8b(a+4))=4(a+4)2. Die 292 valt weg als je de haakjes wegwerekt, zodat je de vergelijking kan oplossen. Succes, Lieke.
ldr
|
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
zondag 24 juli 2011
|
|
home |
vandaag |
bijzonder |
gastenboek |
statistieken |
wie is wie? |
verhalen |
colofon
©2001-2024 WisFaq - versie 3
|