De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijshome | vandaag | gisteren | bijzonder | gastenboek | wie is wie? | verhalen | contact |
||||||||||||||||||
|
\require{AMSmath}
OppervlakteP is een punt op de schuine zijde van een gelijkbenige rechthoekige driehoek ABC, met A = 90°. Door P trekt men evenwijdigen met de rechthoekszijden, die de driehoek verdelen in 2 kleinere driehoeken en 1 rechthoek. We noemen de punten Q en R. AntwoordLeg A in (0,0), B in (1,0) en C in (0,1). De coordinaten van P zijn dan (x,1-x). Hiermee kun je de drie grootheden zo uitdrukken in x. Vervolgens moet je bewijzen dat een van die uitdrukkingen altijd ten minste 4/9 is. Het voordeel is dat alles nu van één variabele, x dus, afhangt.
home | vandaag | bijzonder | gastenboek | statistieken | wie is wie? | verhalen | colofon ©2001-2024 WisFaq - versie 3
|