De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath} Printen

Sommatie met twee variabelen

Ik heb een som waar ik absoluut niet uitkom, aangezien er twee variabelen (een k en een n) in gebruikt worden. Hoe kan ik dit oplossen? De som is: åk=1 & (n-1) (staat boven het sigma teken) van k3/n2. Ik weet al wel dat de sommatie aan de bovenkant van de breuken in de vorm is van: 13 + 23 + ...3 + (n-2)3 + (n-1)3. Hoe moet ik nu het deel onder de breukstreep doen?

Groetjes Ernst

Ernst
Student universiteit - vrijdag 12 november 2004

Antwoord

Hallo Ernst,

Misschien ken je volgende eigenschap:
åk=1n k3
= 1+8+27+...+n3
= n2(n+1)2/4

Als je die eigenschap niet kent kon je ze vrij eenvoudig vinden door n achtereenvolgens 1,2,3,4,5 te nemen, het valt dan wel erg op dat daar telkens kwadraten staan van achtereenvolgens 1,3,6,10,15 en dat is de rij n(n+1)/2.

De formule zelf kan je bewijzen via volledige inductie.

Wat betekent nu åk=1n k3/n2 ? Wel, die 1/n2 is eigenlijk een constante factor, dat is voor elke term uit de sommatie dezelfde. Dus die mag je voorop plaatsen, en je krijgt dus:
1/n2 · åk=1n k3
= 1/n2 · n2(n+1)2/4
= (n+1)2/4

En je kan nagaan dat dit klopt: voor n=1 staat er
13/12=(1+1)2/4
n=2: 13/22 + 23/22 = (2+1)2/4
n=3: 13/32 + 23/32 + 33/32 = (3+1)2/4
enzovoort.

Groeten,
Christophe.

Christophe
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
zaterdag 13 november 2004



home |  vandaag |  bijzonder |  gastenboek |  statistieken |  wie is wie? |  verhalen |  colofon

©2001-2024 WisFaq - versie 3