Algebra

Analyse

Bewijzen

De grafische rekenmachine

Discrete wiskunde

Fundamenten

Meetkunde

Oppervlakte en inhoud

Rekenen

Schoolwiskunde

Statistiek en kansrekenen

Telproblemen

Toegepaste wiskunde

Van alles en nog wat


\require{AMSmath}

Optellen logaritmen verklaren

In mijn boek moet ik de volgende som afmaken:

1. Stel dat 2log(3) = p en 2log(7) = q
2. Dan gelft: 3 = 2p en 7 = 2q
3. En 21 = 3·7 = 2p · 2q = ....

Ik snap het tot en met vraag twee, daarna niet meer.

Niels
Leerling bovenbouw havo-vwo - donderdag 27 september 2018

Antwoord

3. $21=3·7=2^p·2^q=2^{p+q}$
4. $^2\log(21)=p+q$
5. $^2\log(21)=^2\log(3)+^2\log(7)$

Zoiets?


WvR
donderdag 27 september 2018

©2001-2024 WisFaq