Algebra

Analyse

Bewijzen

De grafische rekenmachine

Discrete wiskunde

Fundamenten

Meetkunde

Oppervlakte en inhoud

Rekenen

Schoolwiskunde

Statistiek en kansrekenen

Telproblemen

Toegepaste wiskunde

Van alles en nog wat


\require{AMSmath}

Vergelijking van een vlak

Bepaal de cartesiaanse vergelijking van het vlak a(alfa) door de rechte a en door de rechte b, die evenwijdig is met a, en door het punt C(-4,5,6) gaat.

a:
{x=1+2r
{y=2+0r
{z=3+3r

dank u

sarah
3de graad ASO - zaterdag 8 maart 2003

Antwoord

Lijn a kun je schrijven als (x,y,z) = (1,2,3) + r(2,0,3)
Deze lijn moet in het bewuste vlak liggen, dus de vectorvoorstelling van het vlak kan alvast beginnen met de vorm (x,y,z) = (1,2,3) + l(2,0,3) + m(p,q,r)
Voor vector (p,q,r) moet nu nog iets gevonden worden dat als tweede richtingsvector kan dienen voor het vlak. Maar dat kan dan bijvoorbeeld de verbindingsvector zijn tussen de punten (1,2,3) en (-4,5,6), dus de vector (-5,3,3).
Een complete vectorvoorstelling van het vlak zou dus kunnen zijn: (x,y,z) = (1,2,3) + l(2,0,3) + m(-5,3,3)

Hiervan wil je nu een vergelijking maken. Afhankelijk van hetgeen je weet zou je nu het uitwendig product van de twee richtingsvectoren kunnen nemen.Dat levert na reductie van de lengte de volgende normaalvector op: (3,7,-2).
Controleer maar dat het inwendig product van deze vector met de twee richtingsvectoren van het vlak inderdaad 0 oplevert.
De vergelijking van het vlak begint nu dus als volgt: 3x + 7y - 2z = d.
De constante d vind je door een punt van het vlak in te vullen, bijvoorbeeld (1,2,3).

Als je deze aanpak langs vectoriële weg niet kent, dan moet je maar terugkeren met de vraag, want dan gaan we zoeken naar een analytischer aanpak.

MBL
zaterdag 8 maart 2003

 Re: Vergelijking van een vlak 

©2001-2024 WisFaq