De eerste opgave lijkt me geen vergelijking die je moet oplossen naar x, maar een identiteit die je moet bewijzen. De gelijkheid geldt namelijk voor alle x en op basis van verschillende goniometrische formules die je wellicht gezien hebt, kan je dat proberen te tonen. Wat heb je al geprobeerd of waar zit je vast?
Hint voor de tweede opgave: tan2(x/2) = sec2(x/2)-1; stel dan t = sec(x/2) en je krijgt een kwadratische vergelijking in t.