Algebra

Analyse

Bewijzen

De grafische rekenmachine

Discrete wiskunde

Fundamenten

Meetkunde

Oppervlakte en inhoud

Rekenen

Schoolwiskunde

Statistiek en kansrekenen

Telproblemen

Toegepaste wiskunde

Van alles en nog wat


\require{AMSmath}

Differentiaalvergelijking opstellen

hallo
de DV
d(h)/d(t)= r2/R2 . √(2.g.h(t)) met t$\geq$ o

dit is de niet verder uitgewerkte DV van de situatie: een vat met vleoeistof (water) leeg laten lopen.
ik vroe mij af hoe deze DV is ontstaan. hoe is die opgesteld?
bij voorbaat dank

eva
Leerling bovenbouw havo-vwo - zaterdag 16 februari 2008

Antwoord

Je hebt een rond vat (straal R) gevuld met water (waterhoogte h).
Onderin het vat zit een gaatje (straal r) waar het water uitstroomt. Daardoor is de waterhoogte h niet constant maar afhankelijk van de tijd.
Dus h=h(t)

De uitstroomsnelheid uit het gaatje hangt af van de waterhoogte. En is te berekenen uit energiebehoud Ezwaarte=Ekinetisch $\Leftrightarrow$
m.g.h = 1/2.m.v2 $\Leftrightarrow$ g.h = 1/2.v2 $\Leftrightarrow$ v=√(2.g.h)
En eigenlijk v(t)=√(2.g.h(t))

Nu geldt dat de volumeverandering in de tijd van het water in het vat
gelijk moet zijn aan de hoeveelheid water die per tijdseenheid uit het gaatje stroomt:
oppervlaktevat.dh/dt = oppervlaktegaatje.vuitstroom $\Leftrightarrow$
$\pi$R2.dh/dt = $\pi$r2.√(2.g.h(t)) $\Leftrightarrow$
dh/dt = (r2/R2).√(2.g.h(t))

groeten,
martijn

mg
zaterdag 16 februari 2008

©2001-2024 WisFaq