Algebra

Analyse

Bewijzen

De grafische rekenmachine

Discrete wiskunde

Fundamenten

Meetkunde

Oppervlakte en inhoud

Rekenen

Schoolwiskunde

Statistiek en kansrekenen

Telproblemen

Toegepaste wiskunde

Van alles en nog wat


\require{AMSmath}

Tweede graads vergelijking

Hallo, we moeten een vergelijking van deze aard oplossen:
4x2-x(5+3x) = (6-2x)2-36
Ik heb daar al een hele tijd op gezeten en heb em zo opgelost:
4x2-5x-3x2 = 36-24x+4x2-36
-3x2+19x = 0
x=0 of -3x+19 = 0
-3x = -19
x = 19/3
Maar volgens mij kan dit niet kloppen dus heb ik bedacht dat ik misschien met haakjes moet werken, maar dan weet'k ni oe'k die precies moet splitsen zodat ik hetzelfde verkrijg... (Alvast bedankt!!)

katink
2de graad ASO - zondag 12 november 2006

Antwoord

Volgens mij is er niets mis mee... x=0 of x=19/3.

WvR
zondag 12 november 2006

©2001-2024 WisFaq