Algebra

Analyse

Bewijzen

De grafische rekenmachine

Discrete wiskunde

Fundamenten

Meetkunde

Oppervlakte en inhoud

Rekenen

Schoolwiskunde

Statistiek en kansrekenen

Telproblemen

Toegepaste wiskunde

Van alles en nog wat


\require{AMSmath}

Lettersommen

hallo, ik heb een klein probleem, want we hebben het in de eerste gehad over lettersommen, en ze ook behandeld, maar nu ik in de tweede zit heb ik een probleem met deze sommen:

(a5b2)4·(a6b3)2=
(3a5p20)3+(2a3b12)5=
-80·6y8z10=
-40xy8z2=

Ik hoop echt dat jullie me eruit kunnen helpen!

Groeten

M.O.
Leerling bovenbouw havo-vwo - zaterdag 2 september 2006

Antwoord

Ik zal je eerste geven, dan kan je de tweede zelf...

q46525img1.gif

Van de derde kan je -480y8z10 maken en met de laatste kan je verder niets.

Zie 1. Rekenregels machten en logaritmen

WvR
zaterdag 2 september 2006

©2001-2024 WisFaq