Algebra

Analyse

Bewijzen

De grafische rekenmachine

Discrete wiskunde

Fundamenten

Meetkunde

Oppervlakte en inhoud

Rekenen

Schoolwiskunde

Statistiek en kansrekenen

Telproblemen

Toegepaste wiskunde

Van alles en nog wat


\require{AMSmath}

 Dit is een reactie op vraag 40487 

Re: Vraagstuk rijen

bedoel je met som-formule n/2 (t1+tn)-X = n/2 (t1+tn)+X

robert
3de graad ASO - woensdag 28 september 2005

Antwoord

Beste Roberto,

Ik bedoel inderdaad de som-formule (daarom gaf ik die ook) maar wat je nu opschrijft is niet helemaal wat ik bedoelde.

Stel je dus de rij voor: 1, 2, 3, ..., x-1, x, x+1, ... , 48, 49.

We zoeken precies de wagon x zodat de som van de eerste x-1 termen gelijk is aan de som van de termen vanaf x+1 tot 49.
Stel voor beide delen nu de som-formule op (je kent n en dus kan je ook het aantal termen schrijven met behulp van x!) en stel deze aan elkaar gelijk.

Los die vergelijking op voor x.

mvg,
Tom

td
woensdag 28 september 2005

©2001-2024 WisFaq