WisFaq!

\require{AMSmath} geprint op dinsdag 23 april 2024

Getal berekenen uit twee vergelijkingen

Beste,

A, B, C en D staan voor cijfers. Er geldt:
AB              AB
CA CA
-- + -- -
DA A
Er wordt gevraagd om een antwoord voor D te geven en je kunt kiezen uit: 5, 6, 7, 8 of 9.

Met trial en error kwam ik op D=9 als ik invul: A=5, B=0 en C=4. Ik weet echter niet hoe ik dit algebraisch zou moeten oplossen. Hulp is gewenst. Alvast bedankt.

Arjan
25-2-2018

Antwoord

Stap voor stap: $B+A=A$, dus $B=0$; dan: $A+A=10$, dus $A=5$. Vervolgens geeft $50-C5=5$ dat $C=4$. Dan lukt het verder wel.

kphart
25-2-2018


© 2001-2024 WisFaq
WisFaq - de digitale vraagbaak voor het wiskunde onderwijs - http://www.wisfaq.nl

#85731 - Algebra - Student universiteit