WisFaq!

\require{AMSmath} geprint op zaterdag 20 april 2024

20 onderwerpen , 20 leerlingen

Hoi ,

een leraar verdeelt voor huiswerk 20 onderwerpen over 20 leerlingen , alles wordt verdeeld en iedereen krijgt een ander onderwerp.
a) Als een bep leerling een bep voorkeur heeft , hoe groot is de kans dat hij zijn zin krijgt ?
b)als alle leerlingen een verschillende voorkeur hebben , hoe groot is de kans dat elke leerling het gewenste onderwerp wilt

Ik denk het volgende , maar voel me nog niet thuis op het gebied der kansrekening
a) 1/20
b) (1/20) ^ 20

Kunnen jullie me verbeteren indien fout ?

Hartelijk dank

Rudy
18-5-2005

Antwoord

Antwoord a is correct, antwoord b echter niet. Om te zien waarom, gaan we eerst een simpelere versie van het probleem bekijken, namelijk het probleem met 2 leerlingen. Wat is nu de kans dat ze allebei hun zin krijgen? Stel, A heeft de voorkeur voor onderwerp 1. Hij/zij heeft dan 50% kans die ook te krijgen. En leerling B dan? Wel, alle leerlingen hebben een verschillende voorkeur, dus als A onderwerp 1 wil, dan wil B onderwerp 2. En als A onderwerp 1 krijgt, dan krijgt B ook onderwerp 2! Met andere woorden, er is 50% kans dat ze allebei hun zin krijgen.

Nu gaan we door naar 3 leerlingen. Noem de leerlingen A, B en C, en de onderwerpen a, b en c (waarbij A a, B b en C c wil). De kans dat A onderwerp a krijgt is natuurlijk 1/3. Maar wat is de kans dat A a en B b krijgt. Niet 1/3x1/3=1/9! Als A onderwerp a heeft, zijn er nog maar 2 mogelijkheden, namelijk b en c. De kans dat B onderwerp b krijgt is dan dus 1/2. Totaal is de kans dat zowel A als B het gewenste onderwerp krijgt, dus 1/3*1/2=1/6. En als A en B krijgen wat ze willen, dan C dus ook, dus de kans dat ze alledrie hun zin krijgen is 1/3*1/2*1=1/6.

Over naar het geval met 20 leerlingen. De kans dat de eerste leerling het gewenste onderwerp krijgt, is 1/20. Maar ALS de eerste leerling het gewenste onderwerp krijgt, dan is de kans dat de tweede leerling dat ook krijgt niet 1/20, maar 1/19. De kans dat alle leerlingen het gewenste onderwerp krijgen, is dan 1/20x1/19x1/18x...x1=1/(20!). Dat is overigens nog steeds een verwaarloosbaar kleine kans, maar toch een stuk groter dan (1/20)^20.

AE
18-5-2005


© 2001-2024 WisFaq
WisFaq - de digitale vraagbaak voor het wiskunde onderwijs - http://www.wisfaq.nl

#38207 - Kansrekenen - 3de graad ASO