WisFaq!

\require{AMSmath} geprint op woensdag 1 mei 2024

Oplossen ongelijkheid

hallo kunt u me helpen met deze ongelijkheid

los op:
f(t)=4sin2(t-p/3)2,8

het liefst met de verschillende stappen erbij zodat ik duidelijk kan zien hoe het gebeurd is, ik heb geen idee hoe ik hier aan moet beginnen

paul
13-3-2005

Antwoord

Je moet de hoeken zoeken waarvan de sinus groter dan of gelijk is aan 0,7 = 2,8/4. Deze hoeken moeten dan gelijk zijn aan 2(t-$\pi$/3)
Zet deze sinuswaarde uit op een goniometrische cirkel en duid de hoeken aan waarvan de sinus groter is dan of gelijk is aan 0,7. Op onderstaande tekening liggen deze hoeken in het rode gebied.

Dus geldt ondermeer dat
0.775 $\leq$ 2(t-$\pi$/3) $\leq$ 2.366

Alle oplossingen zijn dan
0.775 + 2k$\pi$ $\leq$ 2(t-$\pi$/3) $\leq$ 2.366 + 2k$\pi$

Hieruit moet nu t opgelost worden :
Alles delen door 2 :
0.388+k$\pi$ $\leq$ t-$\pi$/3 $\leq$ 1.183 + k$\pi$

Overal $\pi$/3 optellen geeft tenslotte
1.435 + k$\pi$ $\leq$ t $\leq$ 2.230 + k$\pi$
Applet werkt niet meer.
Download het bestand.

LL
14-3-2005


© 2001-2024 WisFaq
WisFaq - de digitale vraagbaak voor het wiskunde onderwijs - http://www.wisfaq.nl

#35280 - Formules - Student hbo