\require{AMSmath}
WisFaq - de digitale vraagbaak voor wiskunde en wiskunde onderwijs


Printen

Re: Suikervraagstuk

 Dit is een reactie op vraag 84501 
Beste gilbert,
Het antwoord moet 1025,6 gram zijn.
En ps: Dit staat onder het onderdeel continue verdelingen , dus ik denk niet dat je dit moet oplossen met een binomiale verdeling
Mvg
Jaris

Jaris
3de graad ASO - zondag 28 mei 2017

Antwoord

Hallo Jaris,

Bij deze opgave gebruik je zowel de binomiale verdeling als de continue normaalverdeling. Alleen: je boft dat men in dit geval alleen geïnteresseerd is in "alle keren dezelfde gebeurtenis", ofwel de kans op 20 keer succes (en 0 keer mislukking). Dan hoef je voor het binomiale deel geen ingewikkelde formule van stal te halen, je kunt gebruik maken van de vermenigvuldigingsregel:

P(20 keer succes) = (psucces)20

Maar daarmee blijft nog steeds gelden dat het aantal keer succes binomiaal verdeeld is. Wanneer een volgende keer gevraagd wordt naar de gebeurtenis "minstens 2 dozen te licht" (of een groter aantal dan 2), dan zal je echt (ook) moeten rekenen met de binomiale verdeling.

Dan jouw opmerking dat het antwoord 1025,6 gram moet zijn. Dit antwoord komt niet overeen met de door jou aangegeven kans van 0,1%. Kan het zijn dat de gevraagde kans 0,1 is, ofwel 10%? Dan is 1025,6 gram wel het juiste antwoord. Ik denk dat je de kans als getal van 0 t/m 1, of als percentage van 0% t/m 100% door elkaar hebt gehaald....

Wanneer je de aangegeven rekenwijze volgt, maar dan met

p(aantal mislukkingen$\ge$1)=0,1 in plaats van
p(aantal mislukkingen$\ge$1)=0,001

dan kom je op het door jou gegeven antwoord uit.


zondag 28 mei 2017

 Re: Re: Suikervraagstuk 

©2001-2024 WisFaq