WisFaq!

De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

HOME

samengevat

\require{AMSmath}

Re: Vraagstukken oplossen met vierkantsvergelijkingen

Dit is een reactie op vraag 86696

Bedankt voor uw antwoord. Ben ik juist als ik stel dat:
n.p=(n+4).(p-0,15)
n.p=n.p-0,15n+4p-0,6 (p = 54/n, n verschill v 0)
-0,15n²-0,6n+216=0 (oplossen als vkv)
...
n1=-40 (niet weerhouden)
n2=36 $\to$ p= 3/2
?
Geert
2de graad ASO - zondag 19 augustus 2018

Antwoord

Hallo Geert,

Je berekening is correct .

Het is wat ongebruikelijk om een prijs als 3/2 weer te geven. Ik zou als antwoord voor de prijs 1,50 Euro noteren.

Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
zondag 19 augustus 2018