WisFaq!

De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

HOME

samengevat

\require{AMSmath}

Re: Inwendige diameter berekenen

Dit is een reactie op vraag 71506

Hallo! Het is officieel een (grote) opgave van een VWO natuurkunde examen. De opgave die ik hierboven getypt had, stond apart op een blz dus vandaar dat ik de overige gegevens er niet bij vermeldt had en puur alleen de opgave overgetypt heb. Aan het begin van de opgave staat dat de snelheid 3,5 m/s is. Maar ook dan begrijp ik dus nog niet hoe je aan de diameter kan komen? Wederom bedankt alvast!

(Overigens geen idee waarom ze in de ogpave er bij vermelden dat de slang in horizontale positie spuit.)
Daniel
Leerling bovenbouw havo-vwo - woensdag 27 november 2013

Antwoord

Hallo Danielle,

Als de snelheid van het water 3,5 m/s is, dan spuit in 82 seconden een 'sliert' water uit het mondstuk van 3,5 x 82 = 287 meter. De inhoud van deze sliert is 1,5 dm³, dus 1,5 x 10^-3 m³.

Nu weet je: de inhoud van deze sliert is oppervlakte van de doorsnede x lengte, dus:

I = A x l
1,5 x 10^-3 = A x 287
A = = 1,5 x 10^-3/287 5,2 x 10^-6 m²

Nu weet je de oppervlakte van de doorsnede. Met de formule:
A = ^p/₄d² kan je de diameter berekenen. Gaat dat lukken?

De horizontale positie heeft vast te maken met een ander deel van de vraag: als je weet hoe hoog het spuitstuk boven de grond is, kan je berekenen hoe ver het water spuit (of andersom). Komt dit bekend voor?

Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
woensdag 27 november 2013