De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath} Printen

Vaas met 20 blauwe en 10 witte knikkers

In een vaas zitten 20 blauwe en 10 witte knikkers. Dorrit neemt een knikker noteert de kleur en legt deze terug. daarna pakt ze in 1 greep 3 knikkers en legt deze terug.
a. -Bereken de kans op alleen maar blauwe knikkers
b.-is de kans op alleen witte knikkers de complementair
c.-hoe groot is de kans op 1 blauwe en 3 witte knikkers?

Ik had tot nu toe eigenlijk alleen bij b. dat het antwoord nee was, maar kan dat ook niet redeneren

alvast thx.zou u zo snel mogelijk kunnen reageren want ik heb morgen de toets tttttttthhhhhhhxxxxxxx!

Ellen
Leerling bovenbouw havo-vwo - woensdag 15 januari 2003

Antwoord

Als ik het goed begrip gaat het hier om twee handeling:

A: één knikker er uit en terugleggen
B: drie knikkers in één greep (zonder terugleggen)

..en de vragen gaan dan over A en B.
  1. P(alleen maar blauw)=P(A:blauw)·P(B:blauw)
    P(A:blauw)=20/30=2/3
    P(B:blauw)=20/30·19/29·18/29=57/203
    P(alleen maar blauw)=2/3·57/203=38/203

  2. Vraag b is niet duidelijk... complementair van wat???

  3. P(1 blauw en 3 wit)=P(A:blauw)·P(B:3 wit)
    P(A:blauw)=2/3
    P(B:3 wit)=10/309/298/28=...
    Enzovoort...

Zie statistiek en kansrekenen

Wie is wie?
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
woensdag 15 januari 2003



home |  vandaag |  bijzonder |  gastenboek |  statistieken |  wie is wie? |  verhalen |  colofon

©2001-2024 WisFaq - versie 3