De digitale vraagbaak voor het wiskundeonderwijs

home |  vandaag |  gisteren |  bijzonder |  gastenboek |  wie is wie? |  verhalen |  contact

HOME

samengevat
vragen bekijken
een vraag stellen
hulpjes
zoeken
FAQ
links
twitter
boeken
help

inloggen

colofon

  \require{AMSmath} Printen

Vergelijkingen oplossen van het type x4=100

Waarom heeft de vergelijking x4=100 twee oplossingen en hoeveel oplossingen heeft x5=100 en x3=-20?

Alexan
Iets anders - maandag 11 april 2005

Antwoord

Als je naar de grafiek van f(x)=x4 kijkt dan zie je dat bij f(x)=100 twee punten voldoen:

q36595img1.gif

De coördinaten van die twee punten kan je natuurlijk uitrekenen:

q36595img2.gif

Dus de vergelijking x4=100 heeft twee oplossingen.

Voor x5=100 kijk je naar de grafiek van f(x)=x5. Je krijgt een andere grafiek:

q36595img3.gif

Nu heb je maar 1 snijpunt en dus ook maar 1 oplossing voor je vergelijking.

q36595img4.gif

Voor de vergelijking x3=-20 kijk je naar f(x)=x3 en dat levert dan deze grafiek:

q36595img5.gif

Ook maar 1 oplossing voor je vergelijking:

q36595img6.gif

Kortom:
  1. Als de exponent n van f(x)=xn even is dan zijn de functiewaarden allemaal groter of gelijk aan nul. Je hebt dan alleen oplossingen voor f(x)=a als a0. Als a0 heb je dan steeds 2 oplossingen. Als a0 dan heb je geen oplossingen.
  2. Als de exponent n van f(x)=xn oneven is dan geeft de vergelijking f(x)=a steeds maar 1 oplossing.
Hopelijk helpt dat...

Wie is wie?
Vragen naar aanleiding van dit antwoord? Klik rechts..!
maandag 11 april 2005



home |  vandaag |  bijzonder |  gastenboek |  statistieken |  wie is wie? |  verhalen |  colofon

©2001-2024 WisFaq - versie 3