\require{AMSmath}
WisFaq - de digitale vraagbaak voor wiskunde en wiskunde onderwijs


Printen

Oplossen van een derdegraads vergelijking

Beste mensen uit een som ben ik tot een vergelijking gekomen welke ik niet kan oplossen. Ben jullie eeuwig dankbaar voor uitwerkingen van volgende verglijking.

4p3+4*10-6p2+10-12p=7.9*10-6

10-12 en 10-6 is dus 10 tot de macht -6 en -12, maar dat haddenjullie vast al door.
Bedankt MartinIk denk dat je er een tweede graads verglijking van moet maken en dan de abc-formule, maar dat lukt me niet.

Martin
Student hbo - maandag 10 februari 2003

Antwoord

Beste Martin,
Het ombuigen van een 3e graads naar een 2e graads vergelijking wordt meestal gedaan door het 'gokken' van een van de antwoorden. Met een vrij krachtig wiskundig software pakket genaamd maple bleek dat de enige reele oplossing ongeveer 0,01254616019 was. Dat zou ik nooit kunnen gokken.
Het is echter wel zo dat ook derdegraads formules op te lossen zijn (zoals je waarschijnlijk wel wist) met behulp van bv. de methode van Cardano.
Ik nam trouwens wel even aan dat je de volgende vergelijking dus eigenlijk in gedachten had:
4p3+4·10-6·p2+10-12·p=7,9·10-6

Misschien toch ervoor iets fout gedaan, of ik zie iets over 't hoofd

M.v.g.


maandag 10 februari 2003

©2001-2024 WisFaq