Algebra

Analyse

Bewijzen

De grafische rekenmachine

Discrete wiskunde

Fundamenten

Meetkunde

Oppervlakte en inhoud

Rekenen

Schoolwiskunde

Statistiek en kansrekenen

Telproblemen

Toegepaste wiskunde

Van alles en nog wat


\require{AMSmath}

Kans op de ziekte van Parkinson

In een woonzorgcentrum lijdt 8% van de mannen en 4% van de vrouwen aan de ziekte van Parkinson. Onder de bewoners kiest men lukraak een man en een vrouw. Hoe groot is dan de kans dat precies een van beiden aan de ziekte van Parkinson lijdt?

$<$A$>$ 3,24 %
$<$B$>$ 10,32 %
$<$C$>$ 11,36 %
$<$D$>$ 12,58 %

Ik kom op D ipv C... Aangezien ze precies één man en één vrouw uitkiezen,weet ik niet zo goed hoe ik deze oefening moet oplossen... moet ik dan ook rekening houden met de kans dat ze een man of een vrouw nemen? Of is dat overbodig?
Alvast heel erg bedankt!

MinYoo
3de graad ASO - dinsdag 27 juni 2017

Antwoord

De gebeurtenis is de vereniging van twee niet-overlappende gebeurtenissen waarvan je de kansen dus op kunt tellen. De gebeurtenissen zijn: de man heeft Parkinson en de vrouw niet, en de vrouw heeft Parkinson en de man niet.
Er is gegeven dat er één man en één vrouw gekozen zijn; ik zie niet waar je `of' vandaan komt.

kphart
dinsdag 27 juni 2017

©2001-2024 WisFaq