Algebra

Analyse

Bewijzen

De grafische rekenmachine

Discrete wiskunde

Fundamenten

Meetkunde

Oppervlakte en inhoud

Rekenen

Schoolwiskunde

Statistiek en kansrekenen

Telproblemen

Toegepaste wiskunde

Van alles en nog wat


\require{AMSmath}

 Dit is een reactie op vraag 59647 

Re: Re: Breuken

2000/a·40 = a/2·2,5
Vergelijking oplossen:
2000/a = (a/2 · 2,5 ) / 40 (beide kanten hetzelfde, /40 doen)
Verder oplossen:
2000/a = a/80·2,5
2000 = a · a/80·2,5
2000 = a2 / 80 · 2,5
2000 = 2,5a2 / 80
2000 · 80 = 2,5a2
160000 = 2,5a2
64000 = a2
a = Ö(64000)
a = ongeveer 252,98

Anne v
Student hbo - maandag 15 juni 2009

Antwoord

Helemaal goed, maar het lijkt me iets sneller te (moeten) kunnen.
Als je de vergelijking uit het eerdere antwoord links en rechts deelt door 2,5 dan staat er direct a2 = 64000.
Denk er nog even aan dat a ook negatief kan zijn, tenzij de opgave dat niet toelaat.

MBL
maandag 15 juni 2009

©2001-2024 WisFaq