Algebra

Analyse

Bewijzen

De grafische rekenmachine

Discrete wiskunde

Fundamenten

Meetkunde

Oppervlakte en inhoud

Rekenen

Schoolwiskunde

Statistiek en kansrekenen

Telproblemen

Toegepaste wiskunde

Van alles en nog wat


\require{AMSmath}

Vraagstuk ivm de ggd

Ik heb dus een vraag over een vraagstuk. Het gaat over de ggd. '3 stukken stukken stof meten 180m, 252m, en 324m. Men wil ze verdelen in stukken van gelijke lengte. Welke zal die lengte zijn als het aantal stukken zo klein mogelijk moet zijn?'
Ik weet dat de ggd 36 is en dat het andere getal 21 is. Mijn vraag is wat wat is. Is het nu 36 m en 21 stukken of 21 m en 36 stukken? AUB help me! maandag heb ik hier examen van!!!!!

Astrid
1ste graad ASO-TSO-BSO - zondag 18 juni 2006

Antwoord

De gemeenschappelijk factoren zijn 22·32=36 Dat betekent dat als je als lengte 36 neemt je bij die van 180m precies 5 stukken halen, uit die van 252m precies 7 stukken en uit die van 324m precies 9 stukken. Samen zijn dat 21 stukken...

WvR
zondag 18 juni 2006

©2001-2024 WisFaq