WisFaq!

\require{AMSmath} geprint op dinsdag 30 april 2024

Re: Examenopgave mbo 78-79

Duidelijk bij c. zit het op het puntje van mijn tong om de opgave te maken hoe zat het ook al weer?

Het zwaartepunt zit op $\frac{1}{3}$ van het snijpunt van de zwaartelijnen of ik zie dat P en Q het midden zijn van respectievelijk BC en AC of kan ik aan de hand van de vectorvoorstelling ZP en ZQ de coördinaten uitrekenen van A, B en C?

mboudd
7-4-2020

Antwoord

$A$ ligt op de lijn $ZP$ zodanig dat $AZ:ZP=2:1$

q89554img1.gif

$A(-3,-4)$

Idem voor B:

q89554img2.gif

$B(1,-2)$

$C$ is dan niet moeilijk meer. $C(-1.6)$

q89554img3.gif

Maar of dat nu de bedoeling was?

WvR
8-4-2020


© 2001-2024 WisFaq
WisFaq - de digitale vraagbaak voor het wiskunde onderwijs - http://www.wisfaq.nl

#89554 - Lineaire algebra - Leerling mbo