een riemschijf doet 60tr/min. gedurende 30sec neemt de hoeksnelheid konstant toe tot de schijf 240 tr /min doet.
Bereken de hoekversnelling en het aantal omwentelingen gedurende de versnelling.
n0=60 tr/min
nt=240tr/min
t= 30 sec
opl:
Wt - W0
q= --------
t
2.p.n
Wo= ---------- = 2p
60
2.p.n
Wt= ---------- = 8p
60
Wt-Wo
q= ------ = 0,6 rad/sec2
30
a
n= ------- q.t2 0,6 x 302
2p a= -----= -----------= 270
2 2
270
n= --------= 42,97 tr
2p
klopt ditviktor Van der Maelen
18-3-2013
Beste Viktor,
Je notatie is niet helemaal duidelijk, ik hoop dat ik deze goed begrijp.
De berekening van de hoekversnelling is correct. De exacte waarde is (1/5)p, afgerond is dit 0,6 rad/sec2.
Voor de berekening van het aantal omwentelingen gebruik je een verkeerde formule. De formule:
a=1/2q.t2
is alleen geldig wanneer de beginsnelheid nul is, dat is hier niet het geval. Eenvoudiger is:
Beginsnelheid is: 60 tr/min
Eindsnelheid is: 240 tr/min
Gemiddelde snelheid is: 150 tr/min
Dit duurt 30 seconden, dus een halve minuut. Aantal omwentelingen in deze tijd is zodoende: 1/2×150 = 75 omwentelingen.
GHvD
22-3-2013
#69915 - Goniometrie - 2de graad ASO