WisFaq!

\require{AMSmath} geprint op zaterdag 27 april 2024

Ogenblikkelijke verandering

hallo,kan iemand mij helpen?
als ik een oefening maak bv.-10x3-25x2+6x+8
met als x is gelijk aan -3
mijn uitkomst is 35
maar het moet 426 zijn,ik begrijp het niet
dank bij voorbaat,Zeb

Meubus Zeb
1-11-2012

Antwoord

-10·(-3)3 - 25·(-3)2 + 6·(-3) + 8 = -10·-27 - 25·9 + -18 + 8 =
270 - 225 - 18 + 8 = 35

Je hebt dus helemaal gelijk!
Heb je de functie wel helemaal goed overgenomen? En antwoordboekjes zitten er zelf ook regelmatig naast.

MBL
1-11-2012


© 2001-2024 WisFaq
WisFaq - de digitale vraagbaak voor het wiskunde onderwijs - http://www.wisfaq.nl

#68808 - Functies en grafieken - Overige TSO-BSO