Met centrummaten geef je het 'midden' van een verdeling aan. Bij veel verdelingen liggen de getallen 'rond' een bepaald getal. Met een centrummaat geef je aan waar de getallen zo'n beetje om heen liggen.
Een spreidingsmaat geeft aan of getallen in een verdeling dicht bij elkaar liggen of juist ver uit elkaar. Met centrummaten geef je het 'centrum' van een verdeling aan. Een spreidingsmaat is een maat voor het al dan niet 'dicht of verder weg liggen' van het centrum.